03 aug 1993

15. Een ander mens

0 Reacties

“Hé, die Gajus.”
Er ging bijna een hoeraatje op in de Ingooi toen de oude meester binnenkwam en barkeeper Frits zorgde meteen voor een gemakkelijke barkruk en een konjakje onder handbereik van de binnenkomer.
Onder het nodige schoudergeklop kon Gajus daarna plaatsnemen om vervolgens bijna overstroomd te worden door de vragen die op hem afgevuurd werden.

“Waar heb je al die tijd gezeten, oudste?” Ome Bram.
“Moest je soms een paar weken brommen?” Haagse Karel.
“Wat vind je van Ajax?” De gezamenlijke aanwezigen in koor.
En zo ging het nog een paar minuten door.
Het leidend voorwerp van al die belangstelling liet het allemaal maar een beetje gelaten over zich heen gaan en nipte zo nu en dan bedachtzaam aan z’n konjak. Maar toen de vragenstellers op een gegeven moment in herhaling gingen vallen vroeg hij met een kort handgebaar om stilte.
“Luistert, mannen” en je kon bij deze woorden een speld horen vallen. “Luistert. Voor jullie staat een ander mens.”
“Je lust ze anders nog als de beste,” meende Fransie te moeten opmerken maar met een gesis werd hij door de anderen tot de orde geroepen.
“Voor jullie staat een ander, misschien wel een beter mens maar ik kan jullie verzekeren dat ik, en dat geldt ook voor mevrouw Gajus, door een hel ben gegaan voor ik zover was.”
“Allemachtig, Gajus. Je laat ons wel schrikken,” zei Nico van Installatiebureau de Kromme Volt. “En nou je het zegt, je ziet er ook moe uit. Ouder lijkt het wel.”
Maar dat had ie beter niet kunnen zeggen want verontwaardigd rees de oude meester omhoog.
“Oud? Wat oud? Wie oud? Moe, O.K. maar beslist niet oud en denk erom, de geest is nog zo scherp als een mes.”
Gelukkig zag Frits het dreigende gevaar en na het bijschenken van het inmiddels bijna lege cognacglas leek de vrede weer even getekend.
En ome Bram maakte onmiddellijk gebruik van de situatie door Gajus om een nadere uitleg voor die nieuwe mens te vragen.
“Hoezo nieuw, Gajus, je hebt nog dezelfde kloffie aan van voor je vakantie.”
Met een milde glimlach ging de meester verder met z’n onderbroken betoog.
“Als ik het over een nieuw mens heb, stelletje druiloren, bedoel ik nieuw tussen de oortjes. Geestelijk nieuw, verrijkt, veranderd, ……”
“Volgens mij heeft ie bij een training van Ajax een bal tegen z’n kanus gehad,” zei Hansie van textielzaak Visserman zachtjes en aan de gezichten van de rest was een dergelijke mening af te lezen.
“Geestelijk omgeturnd,” ging Gajus verder. “Voetbal? Ik taal er niet meer naar. Andere sport? Ze kunnen d’r wat mij betreft gelijk mee stoppen. Voor mij en mevrouw Gajus is het voortaan ‘Kunst’, waarvoor we warm lopen. En het is zelfs meer dan dat. Wij bedrijven zelf kunst.”
En de dreigende blik waarmee ie daarna haagse Karel aankeek voorkwam dat die een ranzige opmerking over kunstjes van geheel andere aard te berde bracht.
“Kunst,” galmde Gajus verder. “Schilderkunst want daarmee hebben wij ons de afgelopen weken bezig gehouden. Terwijl jullie lagen te niksen aan de stranden van de Costa Brava hebben mevrouw Gajus en ik gezweet. Gemarteld om de schilderkunst onder de knie te krijgen, 8, 10, 12 uur per dag en woelend in onze slaap ging we ’s nachts dan nog eens 8 uur door. Maar het was de moeite waard. En het is gelukt. Voor jullie staat de vernieuwer van de schilderkunst in de negentiger jaren, de schepper van de kwadratuur van het abstraheren, Gajasso.”
Zacht murmelend ging de naam door het café. ‘Gajasso’ en Frits was zo geroerd door het gebeuren dat ie er een concrete daad tegenover stelde en een rondje van de zaak weggaf.
“Op Gajasso,” schalde het even later door de Ingooi.
“En op de kwadra.. hoe heet het ook al weer van het abstr.., nou ja, je weet wel wat we bedoelen.”
Zichtbaar glimmend nam de meester al die loftuigingen in ontvangst en gooide daarna z’n laatste troef in het gewoel.
“Luistert, vrienden, dank voor al jullie mooie woorden en mede namens mevrouw Gajus nodig ik jullie allemaal volgende week uit voor de opening van “Gagal”.
Gagal, m’n nieuwe galerie voor kwadrapolaire abstracte kunst.”

Ja ja, onpeilbaar diep zijn de roerselen van de menselijke geest.
1993


[begin]