09 nov 2009

Wat je met een nacht slaap al niet kunt bereiken als je ’s avonds verkreukeld en wagenziek in bed bent gekropen. Ik ben om zeven uur klaarwakker en de gevolgen van de rit gisteren zijn volledig verdwenen. Vandaag gaan we Pleiku verkennen, een ritje in de omgeving maken, dorpen bezoeken en ik ben er helemaal klaar voor. Ik sta op en m’n eerste gang is naar het raam om de gordijnen open te doen. Kijken of het weer zich een beetje hersteld heeft.

Dat ziet er heel redelijk uit, nog wel bewolkt maar droog. Vanaf de negende etage van ons hotel heb ik een mooi uitzicht op de stad en de omgeving. Beneden me ontdek ik een markt die al vol in bedrijf is. Vrouwen die uitgestalde groenten bekijken. Tientallen stalletjes, de meeste met een dak van blauw zeildoek, waardoor het er van boven uitziet als een grote lappendeken.
Dit hotel doet me sterk denken aan de marmeren paleizen waarin we jaren geleden vaak tijdens onze reizen in China overnachtten. Veel glim en uiterlijk vertoon met grote ruime kamers maar de telefoon op de kamer doet het niet en de batterijen van de afstandsbediening zijn leeg. Een badkamer met een bad maar een goede haak om de douchekop op te hangen ontbreekt en alles wordt kleddernat omdat er geen douchewand of gordijn is aangebracht. Nog zoiets, in de kamer is een hoek ingericht om koffie of thee klaar te maken maar de bekende thermosfles met heet water is gevlogen evenals een warmwaterkoker. Maar eerlijk is eerlijk, de bedden zijn goed.
Wat gaan we doen vandaag. Eerst ontbijten natuurlijk en daarna kijken waar Bao, onze chauffeur, is. Omdat we niet weten of hij ook in dit hotel logeert bel ik maar naar Mrs. Thy van Tulip Tours. Vijf minuten later meldt hij zich.

“Hallo Bao, good morning.” Wat gaan we vandaag allemaal doen? Jammer genoeg schiet zijn Engels tekort voor een uitgebreid gesprek. We schakelen daarom maar een van de meisjes van de receptie als tolk in. We willen in ieder geval naar het Etnografisch museum en een dorp in de omgeving bezoeken. Vlak voor we weggaan, komt er een groot gezelschap bruiloftsgasten binnen. En een bruid met haar bruidegom natuurlijk. Afgaande op hun uiterlijk denk ik dat deze groep tot het meer welgestelde deel van de bevolking behoort. Trouwen op deze manier lijkt me namelijk een kostbaar feestje.

Wat heeft Pleiku te bieden? Als kleine provinciestad is dat niet bijster veel. Een aangenaam klimaat met een gemiddelde jaar temperatuur van 23 graden is een pré, verder is het klimaat prettig doordat de plaats op een hoogte van bijna 800 meter ligt. De grootte van de stad kan ik moeilijk schatten. Reisbeschrijvingen geven zowel 40000 als 100000 inwoners op. Alles wat er aan gebouwen staat is betrekkelijk nieuw. In deze streek is tijdens de Vietnamoorlog fel gevochten. Het Amerikaanse leger had hier een aantal grote legerkampen en vliegbases aangelegd om de aanvallen uit het noorden tegen te houden. Toen dat niet lukte werd de stad door B52 bommenwerpers volledig plat gebombardeerd. Het resultaat van de herbouw biedt in toeristisch opzicht weinig spectaculairs. Bao brengt ons eerst naar de plaatselijk Tourist Information. De VVV van Pleiku woont in bij een winkel waar ze aardewerk schalen en potten verkopen. Daar blijft het vandaag bij. De information is gesloten. Maar er moet een museum zijn van ethnische minderheden. We stappen weer in de bus en arriveren na een paar minuten bij een park dat tegen een helling is aangelegd. Er staan twee paalhuizen, nagebouwde modellen lijkt me maar het openlucht zwembad ernaast lijkt me echt hedendaags. Het is overigens gesloten en dat lijkt me verstandig want de bassins zijn zo goed als leeg waardoor er niet veel valt te zwemmen. Geen museum dus en we zijn er snel uitgekeken. Maar Pleiku en omstreken staan bekend om de minderheidsgroepen die er wonen en na wat overleg met Bao gaan we op weg naar een dorp waar zo’n groep woont. Het wordt een hele zoekpartij om ze te vinden. Onze Bao ontpopt zich echter tot een echte doorzetter, vraagt links en rechts de weg, betaalt een bedrag aan een brommerrijder die voor ons uit rijdt om de weg te wijzen en op een gegeven ogenblik arriveren we een eindje buiten de stad bij een soort plantage. De beplanting bestaat uit bomen en hoge koffiestruiken en we rijden over een zandweg naar binnen. Hier en daar staan wat gewone Vietnamese huizen. Op goed geluk rijden we verder, slaan een aantal keren links en rechtsaf en komen na een minuut of vijf weer uit op de asfaltweg die naar de stad leidt. Nog maar een keertje proberen dus, we keren om en na een paar keer vragen arriveren we ten slotte bij een groep mensen die zich op een ommuurd stuk grond heeft geïnstalleerd. Het heeft wel iets weg van een commune. Op de ene plek zitten mannen te kaarten, iets verder zitten wel tien vrouwen bij een kookpot vruchten te schillen. Achter een muurtje zit een groep te eten en er zijn natuurlijk die vier verbaasde Nederlanders die onaangekondigd binnen zijn komen lopen. Wonderlijk genoeg let niemand echt op onze binnenkomst maar dan komt er een groezelig uitziende man naar ons toe. Welcome is zijn begroeting gevolgd door de vraag waar we vandaan komen. Holland blijkt als antwoord geen probleem op te leveren en fotograferen is ook akkoord. Yes, ze behoren tot een minority. Ik krijg er niet goed hoogte van of ze hier wonen of op doorreis zijn. Het geheel doet vooral zigeunerachtig aan. De leider van de groep spreekt redelijk Engels en behoort tot de spraakzame soort. Op een gegeven moment biedt hij Ton en mij iets te drinken aan uit een grote kruik. Het heeft wel iets weg van ranja met een rietje alleen kan er wel een liter of tien in de kruik en het rietje is een plastic buis. Voor een slok van de inhoud is het dus flink zuigen geblazen. Er staan nog een stuk of tien van deze kruiken onder een boom en m’n vermoeden dat daar een of ander alcoholisch drankje in wordt gebrouwen klopt aardig. De toeschouwers kijken aandachtig toe als we een voorzichtige teug nemen en lachen tevreden als ze onze reactie zien. Geen limonade is m’n conclusie maar meer een soort koppige rijstwijn met een percentage alcohol in de buurt van dertig procent. Yes, drink, moedigt onze gastheer ons aan en ik doe nog maar een keer alsof ik een flinke slok neem. De stukjes vlees die van de barbecue komen sla ik echter maar af met het argument dat ik net gegeten heb.

Nadat we nog wat gepraat hebben met de aanvoerder nemen we afscheid en rijden nog wat rond in deze buurt. De zogenaamde gemeenschaps- of familiehuizen waarover onze reisgids schrijft, staan hier niet. Wel veel gewone huizen, in groepjes bijeen of apart. Ik denk dat je voor echte ethnische dorpen meer de bergen in moet.
Op een gegeven moment passeren we een eenvoudige begraafplaats. Een klein stukje grond van ongeveer vijftig bij vijftig meter met graven die deels vervallen zijn maar er staan er ook een paar waarin de overledene pas enkele maanden geleden begraven is. Bij sommige graven liggen offers in de vorm van fruit en kruikjes met drinken. Ik ontdek een stoel zonder zitting en overal hangt kleding van de overledenen.
Bao heeft overigens nog meer voor ons uitgedokterd en na een kwartiertje rijden arriveren we bij de ingang van een groot parkachtig complex. De entree en de weg naar binnen zien er goed verzorgd uit met muurschilderingen en beeldengroepen die waarschijnlijk iets te maken hebben met de minderheden die vroeger in deze streek woonden. Verder staat er een gigantische blauwwitte draak die geheel uit bordjes, kopjes en schotels is opgebouwd. Niet mooi, maar wel apart als idee om je servies daarvoor te gebruiken. Het park, een andere naam weet ik er zo gauw niet voor te bedenken, is open en tegen betaling van omgerekend een paar Euro’s mogen we naar binnen. Zijn er nog meer bezoekers? Ik ontdek één jong stel, verder is het er uitgestorven. Een aantal verlaten paviljoens zijn leeg. Op een deel van het terrein staan allerlei kermisattracties. Ook die zijn dicht. Een beetje verbaasd dwalen we rond tussen de gesloten draaimolens en proberen tevergeefs iets te drinken bij de gesloten buffets. Even denk ik dan dat er bezoekers in de botsautootjes zitten maar dat zijn poppen. Wanneer zou dit park echt geopend zijn, voor de bevolking want toeristen komen hier nauwelijks? Niet tijdens de kerstdagen of de jaarwisseling in ieder geval. Maar misschien is het er tijdens de Vietnamese zomervakantie een en al bruisende activiteit of tijdens de Thetfeesten in januari.

Als we bij de uitgang op Ton wachten komen er zowaar twee bezoekers aan, mannen van een jaar of dertig, die hun brommer in de fietsenstalling neerzetten. Daar staan er nog wel tussen de vijftig à honderd. Wij zijn dus toch niet de enige liefhebbers maar op een of andere wijze zijn de anderen opgelost in de ruimte. Zou er soms een geheime bijeenkomst zijn? “Mis,” vertelt Ton die er net aankomt. Helemaal achterin zijn ze bezig met hanenvechten en daar wordt stevig op gegokt.
De Efteling in Vietnamese uitvoering. Het is wel even wennen.
Het is inmiddels bijna een uur, we hebben trek gekregen, en besluiten iets te gaan eten in het enige restaurant dat in onze reisgids wordt genoemd. Het moet in het centrum zijn, we hebben zelfs een adres maar de huisnummering in deze stad heeft veel weg van een ingewikkeld zoekspelletje. Als we het dan eindelijk vinden komen er net groepen bezoekers naar buiten. Een goed teken zeggen we tegen elkaar, het is in ieder geval open. Dat is het echter niet. De gasten die we net tegenkwamen behoren tot een groep uitbundige bruiloftsgangers die het hele restaurant had afgehuurd.
“You want a restaurant,” vraagt een van de gasten die ons ziet zoeken. Yes, is ons antwoord. “Do you know one?” Dat weet hij wel en om ons te helpen klimt hij op z’n scooter om ons er naar toe te brengen. Dat lijkt me niet zo verstandig want de alcoholwalm die hij verspreidt maakt mij bijna duizelig. Maar we gaan al op weg en ik hoop er maar het beste van. Een paar straten verder maakt onze gids een wat abrupte manoeuvre met z’n scooter, slipt en smakt tegen de grond. Z’n geluksengeltje is echter met hem meegereden en afgezien van wat schaafplekken op z’n handen mankeert hij niets. En het andere restaurant is ook gevonden want dat ligt tegenover de plaats van zijn noodlanding.

Een bordje lekkere springrolletjes zou er best ingaan, zeggen we tegen elkaar nadat we onze gids uitgebreid hebben bedankt. Helaas, ook hier wacht een teleurstelling. Dit eethuis is dan wel open maar de meisjes van de bediening vertellen dat er niet meer gegeten kan worden. De reden wordt me niet duidelijk. Misschien ook een bruiloft of zijn we gewoon al te laat. Maar vanavond zijn ze in ieder geval open.
Met deze twee mogelijkheden blijkt het toeristische culinaire gebeuren in Pleiku uitgeput te zijn. Zelfs de eetstalletjes waarvan er in Hanoi een paar duizend stonden, ontbreken hier. In Pleiku gaan de mensen kennelijk maar weinig uit eten en zeker niet op straat.
We gaan daarom maar terug naar ons hotel in de hoop daar iets te kunnen drinken. Dat laat zich dan van z’n beste kant zien. Niet alleen is het restaurant geopend maar ook de keuken staat klaar om voor liefhebbers desnoods een tiengangen diner te bereiden. Wij bieden weerstand aan die verleiding en houden het bij een kom soep en hoe kan het anders, lenterolletjes.

Pleiku heeft verder niet veel te bieden. Wel op een flinke afstand van de stad maar we hebben geen zin om weer een stuk te rijden. Ik gebruik de rest van de middag om wat internet berichtjes te sturen aan het thuisfront en m’n dagboek bij te werken. Op onze kamer doet de telefoon het nog niet maar in de afstandsbediening van de televisie zijn nieuwe batterijen gezet. Ik vind het een goed teken. Pleiku komt er wel.
’s Avonds gaan we om een uur of zes met Bao naar het tweede eetcafé dat we ’s middags bezochten. Een verstandige beslissing want het restaurant in ons hotel is bezet door de bruiloftsgasten die we ’s ochtends hadden zien komen. Aan de geluiden te horen amuseert iedereen zich prima. Maar ’s jonge, jonge, wat maken ze een herrie.
Eetcafé nummer twee van de middag zit stampvol met Vietnamese eters maar met wat schuiven is er nog plaats voor ons. De bediening spreekt geen Engels, de baas doet een beetje knorrig en de menukaart vermeldt uitsluitend Vietnamese namen maar ze hebben gelukkig ook een kaart met foto’s van de gerechten. En met hulp van Bao plaatsen we onze bestelling.
Uiteindelijk komt er van alles op tafel. Soep, garnalen, kipblokjes, rijst, spinazie met knoflook en nog veel meer. Achter in het zaaltje staat een grote televisie aan. Voetbal, volgens mij de tweede wedstrijd van de finale tussen Vietnam en Thailand om de Aziëcup die in Hanoi wordt gespeeld. Er gaat een gejuich op als Vietnam er in slaagt om te scoren.

Ook hier dus veel lawaai maar het eten is lekker. Lees voor de kipblokjes krokant gebakken brokken kip die je moet leren eten omdat de botjes er nog in zitten. Als je je niet wilt verslikken, moet er gekloven worden. Gewoon als een knaagdier het vlees eraf knabbelen. Je houdt dan wel een berg botjes over. Om me heen zie ik dat je die volgens de plaatselijke gewoonte op de grond gooit, onder de tafel waaraan je zit. Ik overweeg om dat ook te doen maar slaag er niet in om m’n schroom te overwinnen. Het wordt dus een groeiend bergje botjes op een hoek van de tafel.
Omdat Pleiku geen avondactiviteiten te bieden heeft en de kans op een kop lekkere koffie in deze stad tot de onmogelijkheden gerekend moet worden gaan we na afloop van het eten maar terug naar het hotel. Op de televisie kijk ik naar de rest van de voetbalwedstrijd die door Vietnam gewonnen wordt. Bij het laatste fluitsignaal gaat er een gejuich op in de stad en het hotel schudt even op z’n grondvesten. Anderhalf op de schaal van Richter schat ik.

Morgen gaan we verder, naar Buon me Thuot. Op ons gemak, de afstand is niet zo groot, en in overleg met Bao hebben we de vertrektijd van half acht gewijzigd in negen uur. Volgens onze Trottergids ook al geen stad waar veel te doen is maar het is de hoofdstad van een provincie (Dac) en dat brengt toch meestal wel wat reuring met zich mee.
Misschien staat er ook wel een pretpark.
Enfin, we zullen het morgen zien.

27-4-2009
erJeetje

p10306051

 

p1030542

 

p1030544

 

p1030548

 

p1030554

 

p1030556

 

p1030561

 

p1030562

 

p1030563

 

p1030565

 

p1030568

 

v812281235

 

p1030569

 

p1030570

 

p1030573

 

p1030577

 

p1030582

 

p1030584

 

p1030587

 

dscn0362

 

p10305911

 

dscn0366

 

p1030595

 

p1030596

 

p1030594

 

p1030599

 

p1030601

 

p1030605

 

p1030608

 

 

 

 

 

 

 

 


[begin]