01 dec 2001

48. De Euro is voor ons allemaal

0 Reacties

“Ben je nou echt gesloten met oud en nieuw, Frits?”
De vraag van ome Bram bleef even hangen in de Ingooi en daarna was het zo stil dat je een speld kon horen vallen.

Een ding was duidelijk, hier werd de verkeerde vraag op het verkeerde moment gesteld en de reactie van de uitbater van Amsterdams bekendste supporterscafé bleef dan ook niet uit.
“Sinds wanneer vragen wij naar de bekende weg, oudste?” gaf hij te kennen op een toon die zowel knorrige als uitdagende elementen bevatte.
“Jij weet drommels goed dat ik op ouwe jaar gesloten ben en met nieuwjaarsdag ook. En als jullie houding me de rest van de avond niet bevalt ga ik misschien pas op 28 januari open.”
De vaste supporters van wat eens de trots van de Meer werd genoemd keken wat bedremmeld voor zich uit. En allemaal herinnerden ze zich die keer nu 17 jaar geleden dat Frits ook een dergelijk deigement had geuit. Allemaal behalve haagse Karel en hoewel Fransie nog probeerde om ‘m de mond te snoeren snerpte zijn stem al door het dranklokaal.
“Dat kan je toch niet maken, Frits. Die jongens lopen al met hun ziel onder hun arm omdat er tot eind januari niet gevoetbald wordt. Dan gooi je die kroeg van je toch niet dicht. Andere jaren ben je toch open?”
De dreun waarmee Frits z’n vuist op de bar liet neerkomen was zo hard dat twee glazen spontaan braken en de CD-wisselaar een of andere requiemmis inzette. Er stond iets vreselijks te gebeuren maar op het moment dat Frits deigde te ontploffen werden er twee deuren bijna tegelijk geopend.
Toeval? Mensen die me goed kennen weten dat ik daar niet in geloof. Dit kon geen toeval zijn. Hier speelde de voorzienigheid een rol. Want wat gebeurde er? Door de ene deur kwam Erjeetje binnen in het gezelschap van Gajus en door de andere deur, die naar de etage boven het café leidde, tante Jans met een grote schaal dampende oliebollen.
En met de binnenkomst van die vier, als ik de olieballen mag meetellen tenminste, verdween alle spanning en ergernis als sneeuw voor de zon.
Er werden handen geschud en er werd op schouders geslagen en Frits draafde op met een dubbele konjak voor Gajus en een borreltje voor de anderen en zelfs tante Jans liet zich verleiden om een likeurtje te nemen. De verhalen waren niet van de lucht en het liep al tegen twaalven toen Frits met een enkel handgebaar de aanwezigen tot zwijgen maande omdat hij een mededeling had. Even leek het of de spanning die eerder die dag had geheerst zou terugkeren maar het geruststellende knikken van tante Jans nam de ongerustheid weg.
En nadat Frits had meegedeeld dat hij na overleg met z’n echtgenote had besloten om zoals hij zei: “de tent toch maar open te gooien met oud en nieuw” werd hij onder het zingen van ‘lang zal ie leven’ spontaan door vier man op de schouders genomen en rondgedragen.
Ome Bram voorkwam daarna verdere brokken door Erjeetje, die de voorgeschiedenis niet kende, even apart te nemen omdat die de uitbater even wilde gaan feliciteren met z’n verjaardag. In korte bewoordingen schetste hij de oorzaak van alle opwinding. Frits zag als een berg tegen de invoering van de Euro op en had al bezoek gehad van de politie vanwege een mededeling die hij op de toegangsdeur van z’n zaak had geplakt. Dat hij tot 28 januari niets van de Euro wilde weten en alleen maar guldens als betaling zou accepteren. Toen ‘m dat verboden werd had hij uit pure verontwaardiging gedreigd om de zaak tot die datum te sluiten. Maar gelukkig was alles vanavond door de bijtijdse komst van Gajus, die een paar dagen over was uit Frankrijk (hij gaf als verklaring dat hij de sfeer van Nederland weer eens wilde proeven) en de oliebollen van tante Jans toch nog op z’n pootjes terechtgekomen.
Ja ome Bram gaf ‘m Erjeetje daarna als troost mee.
De EURO is voor ons allemaal, moeilijk!
Erjeetje


[begin]