30 jun 1993

8. Tourflits 2

0 Reacties

“Dit wordt nog een hele rare tour,” gaf haagse Karel tussen twee slokken goudgeel pils te kennen. “Let maar op mijn woorden, een hele rare tour.”
“Sinds wanneer heb jij verstand van wielrennen, Karel?” onderbrak ome Bram z’n verdere ontboezemingen. “Een Hagenees verstand van wielrennen, laat naar je kijke, man.”

Het was gezellig vol tijdens het happy hour in de Ingooi en gelegenheidsbarkeeper Nico, die in normale omstandigheden Installatiebureau “de kromme Volt” runt had zijn handen meer dan vol.
“Hoe laat is Frits nou vertrokken?” informeerde Nelis belangstellend bij hem.
Even voor de niet ingewijden, Frits, de zwager van Nico, was de dag tevoren op advies van Gajus met z’n lieftallige tante Jans voor een korte vakantie naar Turkije vertrokken en had zich daarvoor al om drie ’s nachts op Schiphol moeten vervoegen. Het had in zo’n geval natuurlijk weinig zin om nog naar bed te gaan en om hem te helpen met wakker blijven waren alle stamgasten van de Ingooi die avond tevoor blijven plakken tot in de kleine uurtjes.

Maar Nelis kreeg geen antwoord op z’n vraag omdat de televisie op dat moment net de aankomst toonde van Breuking en Zulle in de ploegentijdrit en onmiddellijk barstte de discussie los over de vraag of de kleine minuut tijdwinst ten opzichte van de andere klimfavorieten wel voldoende was.
Sommigen zagen Cippolini nog heel ver komen, anderen waren van mening dat de kaarten pas geschud zouden worden in de tijdrit van maandag. Maar de beschouwingen kwamen pas goed op gang toen ome Bram naar de stand van zaken met de tour de France pool van Gajus informeerde.
“Hoe zit ’t eigenlijk met die wielrenpool van je, Gajus? Kunnen we d’r alvast eentje nemen op je eerste plaats?”
En Dino van de Pizzabar gooide nog wat olie op het vuurtje door te veronderstellen dat het met die pool wel net zo zou gaan als met het kampioenschap van Ajax.
En dat laatste was nou net even te veel voor Gajus. Met priemende ogen keek hij om zich heen en terwijl de andere gesprekken verstomden zei hij giftig: “Nou moeten jullie eens even goed luisteren, jochies. Dat ik dank zij jullie wielrenadviezen in de staart van het wielrenpoolpeloton verkeer is tot daar aan toe. Soit, het zei zo. Maar dat ik, nadat een stelletje macaronivreters eerst met hun witgewassen drugsgeld het halve team van onze roodwitte brigade hebben weggekocht, in m’n eigen voetbalcafé door de plaatselijke pizzaboer te kakken wordt gezet, dat pik ik niet.”
Een beetje bedremmeld keken de meeste aanwezigen na deze uitbarsting voor zich uit.
En het kostte ome Daan, die toch z’n sporen op vredesstichtersgebied had verdiend, de grootste moeite om een handgemeen te voorkomen.
Ja ja, het maakt wat los dat wielrennen.

Juni 1993


[begin]