4. Dagje uit op z’n chinees
We arriveren in Xiamen en bezoeken ’s middags het klooster NanPu en de Boeddhistische tempel. ’s Avonds een ritje langs het strand van de stad en een seafood diner.
We klagen in Nederland graag over de herrie van dalende en opstijgende vliegtuigen bij Schiphol. In China is de situatie in Xiamen nog een beetje erger. HongKong mag dan verlost zijn van z’n oude vliegveld dat bijna midden in de stad lag waardoor je tussen de hoge gebouwen doorvloog, in Xiamen loopt de landingsroute dwars over de stad heen waarbij je aan het einde van de daling bijna de daken van de huizen raakt. Gevolg waarschijnlijk van een foutje van de planners. De stad breidt zich namelijk in een razend tempo uit en telt bijna 1,5 miljoen inwoners. Met een grote haven die een belangrijke schakel vormt voor het vervoer van allerlei goederen naar buitenland.
Eenvoudig moet de aanleg van de stad niet zijn geweest. Ze ligt namelijk gedeeltelijk op eilandjes voor de kust, die door dammen en bruggen met elkaar verbonden zijn. Taiwan ligt bijna recht tegenover de plaats op een betrekkelijk geringe afstand.
Het is mooi weer als we arriveren en we rijden met een luxe bus door brede straten met palmen. Overal bouwkranen die hun best doen om de stad nog groter te maken. Het Best Western hotel is ons doel. Eigenlijk wel lekker, nog even een nachtje luxe voor we naar het binnenland vertrekken.
Het is zondag vandaag en China heeft vrij. Het land vierde op 1 oktober z’n vijfenvijftig jarige bestaan als volksrepubliek en het is dus eigenlijk een beetje een dubbele feestdag. Gebruikmakend van het erop volgende weekend heeft volgens de verhalen in de krant heel China daarvan namelijk gebruik gemaakt door op visite te gaan. Dat is goed te merken want het is erg druk overal. De stad heeft overigens niet veel aan vertier te bieden. Een strand maar ik weet niet of de Chinezen echte strandliefhebbers zijn en een Boeddhistisch tempelcomplex. Wij brengen er in de namiddag een bezoek en we zijn niet de enigen die op dat idee zijn gekomen. Het is er overvol met bezoekers. Families, jonge stelletjes, kinderen, allemaal Chinezen. Wij zijn de enige westerse bezoekers. Wonderlijk toch, zo doe je de laatste boodschappen in Amstelveen, loop je een dag later in een grote Chinese stad.
Op het voorplein bij de tempel staat het blauw van de wierook. Veel bezoekers lopen met hele bossen brandende wierookstokjes in de hand, sommigen blijven even staan bij één van de altaren voor een kort gebed. Achter de tempel staan nog meer gebouwen en je kunt er wandelen in een soort park met vijvertjes, minipagodes en nog veel meer. Favoriete plaatsen zijn die waar je muntjes kunt werpen op een hellende rots of een steen in een vijver. Als het muntje blijft liggen mag je een wens doen.
Een jochie in een rood T-shirt staat me met grote ogen aan te kijken. Als ik tegen hem lach schiet hij z’n vader en moeder aan. ‘Kijk, pa, witte mensen.’ De familie bestaat uit opa, oma, kinderen en kleinkinderen, aan de wat ouderwetse kleding te zien waarschijnlijk afkomstig uit een dorp in de omtrek. Of ze met ons op de foto mogen wordt met gebarentaal duidelijk gemaakt. Natuurlijk mag dat en Lia geeft ze daarna een paar van de door haar gemaakte visitekaartjes waarop koeien, tulpen en molens staan als symbolen van Gulan = Holland. De ontvangers vinden het prachtig en de jongen in het rode T-shirt komt me later nog een paar keer dag zeggen en een hand geven. Zo blijken wij hier dus de bezienswaardigheid te zijn.
’s Avonds maken we nog een ritje langs de kust. Ergens aan de horizon moet Taiwan liggen.
Voor niemand te hopen dat daar ooit nog eens het bekende conflict over de wens tot zelfstandigheid van het eiland tot uitbarsting komt. Wat maak je je druk over zo’n klein stukje land als je toch al zo groot bent ben ik geneigd te denken. Als die mensen nou zelfstandig willen zijn laat ze dan. Maar zo redeneren machthebbers van landen in het algemeen niet, ook niet die van het Chinese vasteland.
We besluiten de dag met een welkomstdiner in een Seafood restaurant. Hoe kan het ook anders in een haven- en vissersplaats. Veel visgerechten dus. Ik drink er een glaasje wijn bij, merk Dynastie en heb het gevoel dat dit wel eens een heel bijzondere reis kan worden.
Om tien uur zijn we weer terug in het hotel. Moe en na een korte douche duiken we het bed in. Morgen begint het echt, met een lange rit.