30 dec 2014

Wie kent niet de verhalen over de hongerwinter. En de hongertochten. Toen de hoeveelheid voedsel op een gegeven moment steeds geringer werd en honderden Amsterdammers er op uittrokken om te proberen buiten de stad een aanvulling op hun karige rantsoen te vinden. Lopend of op de fiets trokken ze de kop van Noord-Holland in. Sommigen zochten het nog verder en gingen naar de Veluwe en zelfs naar Overijssel.

Voornaamste bestemming waren natuurlijk de boeren. Het ging tenslotte om voedsel. Die wilden echter wel iets als tegenprestatie zien. Omdat geld nog nauwelijks waarde bezat nam men allerlei ruilmiddelen als betaalmiddel mee. Lakens en ander linnengoed, goud, zilver, juwelen.
M’n moeder, weduwe nadat de Duitsers in 1943 m’n vader vanwege zijn verzetsactiviteiten hadden gefusilleerd, heeft een flink aantal van die tochten gemaakt. Op haar oude fiets ging zij meestal naar de polders noordelijk van Purmerend tot Enkhuizen toe. Meestal was ze een aantal dagen weg en kwam dan terug met melk, boter, kaas, eieren, aardappelen en groente in haar fietstassen.
Niet alle boeren waren bereid om mee te werken. Sommigen hadden na verloop van tijd gewoon niets meer, anderen weigerden op een gegeven moment omdat er zoveel bij ze gestolen werd.
Als je er dan na veel moeite in geslaagd was om toch wat eetbaars te verzamelen moest je bij terugkomst oppassen dat je niet aangehouden werd door de Landwacht of de Wehrmacht. Vooral bij de grens van Amsterdam werd nogal eens gecontroleerd en liep je de kans dat alles in beslag werd genomen.
M’n moeder is dat gelukkig nooit overkomen. Tijdens één van haar tochten is ze zelfs een keer gefotografeerd. De foto heeft een jaar na de oorlog een keer in het Parool gestaan en stond ook in een fotoboek dat bij ons thuis in de boekenkast stond. Naast haar fiets loopt ze langs een spoorbaan met de blik op oneindig. De maakster van deze foto is de bekende fotografe Emmij Andriesse.
Wat er met het boek bij ons thuis is gebeurd weet ik niet maar het is op een of andere manier zoekgeraakt.
Toen ik de foto na het overlijden van m’n moeder wilde hebben als illustratie bij een van haar verhalen over die barre fietstochten in Noord Holland moest ik dus op zoek. Het werd een lange speurtocht die jaren duurde tot ik hem in 2000 in een boek bij de Slegte ontdekte. Een uitgave van Lekturama over de tweede wereldoorlog met veel foto’s. Ik had het exemplaar in de afdeling met tweedehands exemplaren eigenlijk zonder veel verwachting in mijn handen genomen om er even in te bladeren en of het toeval vond dat ik voldoende gezocht had, weet ik niet maar het boek viel open op een bladzijde waarop zij naast haar zwaar beladen fiets liep.
“Jeetje, ma,” zei ik. “Wat een verrassing. Maar had je niet even kunnen waarschuwen.”
Jammer genoeg was het een niet al te duidelijke afdruk waarop ze met nog een vrouw naast haar fiets liep. Gelukkig stond erbij dat de betreffende foto van het NIOD afkomstig was en ik schreef die aan met het verzoek om een afdruk van het origineel. Ik ontving de foto twee weken later en toen bleek dat het NIOD niet wist wie ze was maakte ik gelijk van de gelegenheid gebruik om dat door te geven.
Is het verhaal daarmee afgelopen? Nee, zeker niet, het begon pas. Alsof ze er aardigheid in had gekregen verscheen ze in april 2005 nog een keer. In het Parool deze keer omdat het zestig jaar geleden was dat de oorlog beëindigd werd. En deze keer alleen, alsof ze de andere vrouw met een demarrage achter zich had gelaten.
Desgevraagd vertelde de schrijver me dat er geen bijzondere reden was geweest om de foto van m’n moeder bij het artikel te plaatsen. Het was een keuze van de fotoredactie uit het fotoarchief geweest. Een aannemelijke verklaring hoewel ik haar kennende toch enige twijfel koesterde.
En niet ten onrechte bleek al snel. Volgens mij had ze de smaak echt te pakken gekregen. Deze keer had ze m’n echtgenote als boodschapster uitgezocht. Die kwam na een middagje shoppen thuis met een boekje dat ze voor me gekocht had.
Nieuwsgierig pakte ik het uit en wie keek me weer aan, dit keer van de omslag van een boek van Bernlef?
M’n moeder. Weer in haar eentje.
“Gaat het goed met je, ma?”
Ze had niets te klagen zei ze. Of ik al plannen had voor de oversteek?
Ik vertelde haar dat ik even had gekeken naar de andere kant maar haar voorlopig toch moest teleurstellen. Nog steeds zoveel te doen, jongen, vroeg ze? Toen ik bevestigend antwoordde zei ze dat ik het in ieder geval
wat rustiger aan moest doen want de koek ging eens op. Dat heb ik haar toen maar beloofd.
Ik plaats die laatste foto daarom ook maar een keertje. Als inleiding bij haar verhaal over een oude boer en z’n overleden zoon. Dat ging zo.Tijdens een meerdaagse tocht was ze ’s avonds op zoek naar onderdak. Het begon al donker te worden en ze belde daarom aan bij een kleine boerderij waar niemand te zien was. Omdat er na een paar keer bellen niet werd opengedaan besloot ze om achterom het huis te lopen en te kijken of daar iemand was. Ook daar waren geen tekenen van leven te bespeuren maar de deur stond op een kier en na een paar keer kloppen besloot ze om naar binnen te gaan.
Door het halfduister dat er heerste zag ze eerst nauwelijks iets maar nadat ze voorzichtig wat verder was gelopen hoorde ze een menselijk geluid, alsof er iemand zachtjes zat te huilen. In de huiskamer van de boerderij stuitte ze toen uiteindelijk op een wonderlijk toneel. Op de tafel stond een geopende lijkkist waarbij een oude boer zat die zichtbaar overstuur was.
Wat bleek, de overledene was z’n zoon die de dag erna begraven moest worden. De avond en nacht zou gevuld worden met gebeden maar er was iets vreselijks aan de hand. De kaarsen die daarbij volgens de gebruiken gebrand moesten worden, ontbraken en waren ook nergens meer te krijgen.
Beste man, schijnt m’n moeder daarop gezegd hebben. Veeg je tranen af want ik kan je helpen waarna ze haar fietstassen ophaalde en daaruit twee dikke kaarsen tevoorschijn toverde. Meegenomen als ruilmiddel.
Door de hemel gezonden heeft de oude boer waarschijnlijk gemompeld maar hij liet het niet alleen bij woorden. De andere ochtend kon ze haar tocht namelijk met volle tassen vervolgen.
Hier werd de een z’n dood letterlijk de ander z’n brood.

Na die tijd dook ze nog een keer op in een tijdschrift. En het zal nauwelijks verwondering wekken dat m’n jongste zoon haar op de omslag van ‘Voordat ik het vergeet’ plaatste.

December 2014
Ruud Jansen

foto van ma. bijgewerkt - kopie IMG_0002
IMG_0001
IMG_0005

 


[begin]