De donkere kamer van het verleden
– Het opplakken van de postzegels deden sommige jongens ook zo stom. Zo-maar gewoon met gom. Was helemaal fout. ’t Moest met een reepje gompapier, dan kon je de zegels er altijd zonder beschadigingen weer uithalen, als je ze in je album ging doen. Eens kreeg hij het erover met de jonge De Veer; en die zei kalm: “Nou, wat zou dat, schuine Kapies, het m’n pa bij hele troepen op brieven zitten soms!”
Kees lachte hem uit; haalde er andere jongens bij; en ze schreeuwden allemaal hard; natuurlijk, hè; De Veer z’n vader had alles …..
“Geloof het dan niet”, zei De Veer. Maar al de jongens grinnikten plagerig en Kees zei: ”Je zal van die broodkaartjes bedoelen, van dat goedkope waterbrood, dat jullie vreten.”
En toen zat De Veer er helemaal in, want zijn ‘kaalheid’was iets’waar-ie altijd mee geplaagd werd. “Je moet tegen mij nog ’es ophakken over al je schuine Kapies,”besloot Kees. –
Herken je het? Is uit ’Kees de jongen’. Zomaar een paar fragmenten maar ik haal ze aan omdat ik gisteren op de TV zag dat de verfilming van het boek klaar is. Sterker nog, met ingang van vandaag in de bioscoop te zien is voor de liefhebbers. (meer…)
A.F. Le Brun
Waren gisteren in de stad. Sneltram genomen, half uurtje met de 51, uitstappen halte Nieuwmarkt en door de Oude Hoogstraat richtingDam gewandeld. Nog geen lente, gure wind maar vooruit, moet kunnen.
Ken je Kok? Nee, niet die stoffenzaak op de hoek, Kok van de boeken, tweedehands boeken.
Wij kunnen nooit laten om even binnen te lopen als we daar langs komen. Prachtig hoor, grote ruimte die helemaal is volgestampt met boeken, in rekken drie meter hoog. En langs de kanten en hier en daar op de vloer dozen die nog uitgepakt moeten worden. Lijkt me heerlijk om dat te mogen doen.
Tweedehands boeken hebben een geheel eigen lucht. Ik kan niet beschrijven hoe dat ruikt maar als je ook van boeken houdt weet je meteen wat ik bedoel. (meer…)
Niet alles goud wat er blinkt
Augustus 1948 leeft om een aantal redenen in mijn geheugen voort. Door de O.S. van Fanny Blankers Koen natuurlijk maar ook door de uitnodiging om vier weken bij een gezin op een boerderij door te brengen. Het ging daarbij niet om een familiebezoek. De betreffende boer en boerin vonden gewoon dat ze op die manier iets moesten doen voor kinderen van mensen, die zich in de oorlog 40-45 tegen de Duitse bezetters verzet hadden.
Samen met nog enige honderden andere jongens en meisjes vertrok ik op een maandag richting Friesland. Ik kwam terecht in een gezin met drie kinderen van mijn leeftijd, twee meisjes en een jongen.
Gelovig waren ze, hervormd of gereformeerd, dat weet ik niet meer, maar voor de maaltijd werd er een stukje uit de bijbel gelezen en op zondag werd zowel ’s ochtends als ’s middags de kerk bezocht. Eigenlijk was die zondag de enige dag dat er wat tijd was om lekker niets te doen, de rest van de week werd hoofdzakelijk doorgebracht met werken. (meer…)
How hi the fi
Weet jij nog wanneer je je eerste pick-up kocht? Nee, geen auto, ik bedoel een draaitafel, om grammofoonplaten te draaien? Je weet niet wat dat is, kent alleen maar de Cd-speler? En je bent nu overgegaan naar MP’s, op een Ipodje. Tsja, jammer. Dan heb ik weinig aan je. Weet je wat, laat maar, doe lekker je oordopjes weer in en denk maar dat je muziek hoort. Echte muziek. Niet te geloven zoiets.
Terug naar m’n vraag over de draaitafel. Met een beetje terugrekenen moet ik daar toch wel uitkomen. Moet in ieder geval geweest zijn voor ik in Dienst moest, een tijd daarvoor zelfs. Ergens begin 1950 maar gek genoeg ontdek ik daar alleen maar een blinde vlek in m’n geheugen. Hoewel, dat is niet helemaal waar. Als ik me goed herinner kocht m’n jongste broer er als eerste eentje; ja hoor, ik ben er weer. Die kocht toen een tweedehandsje dat ie aansloot op de familieradio. Die hadden we ook nog niet zo lang, voor die tijd deden we het met radiodistributie. Wat dat is? Allemachies, mensen, zo komen we er niet hoor. Vraag dat maar aan je vader en moeder, of je opa en oma. (meer…)
Adrie
Toch was het vroeger allemaal gezelliger, bracht onze tafelgenoot als mening over het tegenwoordige uitgaansleven in en ik wist er weinig tegen in te brengen omdat ik me van onze stapleeftijd, ergens in het midden van de vorige eeuw, nog maar weinig wist te herinneren.
We hadden afgelopen zaterdag een plaatsje gevonden op het terras van café Casablanca op de Zeedijk waar de horeca de zogenaamde Hartjesdagen organiseerde. Een loffelijk initiatief dat we ons van vorige jaren herinnerden en we hadden ons daarom bij de aanvang van de middag met de Sneltram naar het centrum begeven.
Het was er druk, in dat Centrum. Van het Centraal Station begaven we ons via het Damrak naar de Dam. De entree van ‘I AMsterdam’. Het zag er allemaal een beetje smoezelig uit. Het Stadsdeel Centrum probeert al een jaar om de boel daar een beetje up te graden. Door het terugdringen van buitenreclame en te overvloedig vlagvertoon.
Vergeefs tot nog toe. Met de huidige sjofele bestrating, die kitscherige groene lantaarnpalen en ander straatmeubilair lijkt me elke poging ook ten dode gedoemd. (meer…)
Nog even niet
Vanochtend al vroeg naar buiten, met koffie en de krant op het terras.
Is er iets mooiers te bedenken dan die eerste zonnige dagen van het jaar buiten in je tuin? Als alles uitloopt?
Bespaar je de moeite om iets te bedenken. Wat maakt het allemaal uit. Pluk gewoon de dag. Enjoy life.
Je kunt merken dat onze buurt vergrijst. Nee, niet alleen aan de grijze koppies van de buren. Op zo’n ochtend blijk je namelijk niet de enige te zijn die al buiten is. En wat hoor je dan uit aangrenzende tuinen? Opa, oma! Gevolgd door een vraag.
Wij waren in afwachting van twee van onze kleinkinderen. Moeder was druk met een filmfestival gedurende het weekend en de kleintjes zouden een nachtje bij ons slapen. (meer…)
Taaltoets
Of ik de spellingscorrectie gebruik als ik m’n stukjes schrijf? Tegenwoordig wel ja. En niet ten onrechte heb ik een paar jaar geleden gemerkt. Ik dacht tot die tijd namelijk dat ik dat niet nodig had. Dat viel dus mooi tegen. En dan heb ik nog les gehad in Nederlandse taal. Met woord- en zinsontleding, dictees en opstellen. Goed spellen is niet zo eenvoudig. Dat leer je niet in een paar lesjes inburgering. Neem nou eens een woord als stofzuigen. Schrijf je dat aan elkaar of niet. Kijk, dat bedoel ik nou.
Ja, maar stofzuiger is toch een woord? Klopt helemaal. Weet je dat dat ding al meer dan 100 jaar bestaat? Jazeker. Een meneer Hubert C. Booth vond ‘m uit in 1901. Alleen leek dat ding nog niet op de handzame modellen die je tegenwoordig kunt aanschaffen. (meer…)
Het open einde
Boeken of films met een open einde. Ik houd daar wel van. Je kunt zelf je fantasie z’n gang laten gaan over het vervolg of de afloop van het verhaal.
Theo Thijssen heeft gelukkig nooit een vervolg op Kees de Jongen geschreven. En liet daardoor voor de lezers alle mogelijkheden open om een eigen vervolg te bedenken.
De film over Kees schijnt overigens niet zo’n succes te zijn. Remco Campert riep verleden week al z’n lezers op om te gaan maar z’n motivering overtuigde me niet. Ik vroeg me af wat Kees zelf gedaan zou hebben gesteld dat hij de mogelijkheid had gehad. Zal er eerst het boek nog maar eens op nalezen.
Berichtjes in de krant met een open einde tref je ook vaak aan. Eergisteren zag ik er nog eentje. Het ging over de straf die geëist was tegen de vier knaapjes die een paar maanden geleden hun leraar in elkaar hadden geslagen. Leraar of school had aangifte gedaan. Knaapjes opgepakt en na het opmaken van procesverbaal weer naar huis gestuurd. Misschien wel van school gestuurd. Om een voorbeeld te stellen. (meer…)
Chassé passé
Zonder verleden heb je ook geen herinneringen, las ik laatst.
Geen herinneringen, kan ik me daar iets bij voorstellen? Dat in je geheugen alles gewist is? Dat je terugkijkt in een soort zwart gat? Ik moet er niet aan denken.
Koester je herinneringen is een andere uitspraak waar ik me beter in kan vinden. Niets mis met de toekomst hoor maar ik mag ook graag een duikje nemen in het verleden. Dingen die ik zelf heb meegemaakt maar ook andere gebeurtenissen.
Zo brachten we van de week een bezoekje aan Breda. Met goede vrienden die we tijdens een van onze eerste verre reizen hebben leren kennen. (meer…)
Het gaat zoals het gaat
Een paar dagen geleden trok een artikel in ‘het Parool’ over de Amsterdamse Rivierenbuurt m’n aandacht. ‘Wandelen door de buurt van Anne Frank’ had de opmaakredactie als suggestieve kop bedacht en de jaarlijkse dodenherdenking op 4 mei was waarschijnlijk de reden om juist deze buurt als onderwerp te kiezen.
De Rivierenbuurt maakte in die jaren deel uit van het toenmalige Nieuw Zuid. Een rond de dertiger jaren gebouwde stadswijk, die als woonlocatie erg gewild was. Met name bij Amsterdammers die de in die tijd hoger dan elders in de stad gevraagde huren konden en wilden betalen. Zo ook het Joodse deel van de inwoners van de stad.
Het leidde ertoe dat alleen al in de Rivierenbuurt begin 1940 bijna 17000 inwoners van Joodse afkomst waren waaronder de op het Merwedeplein wonende familie Frank.
Wat er in de eerste jaren van de oorlog ’40-’45 is gebeurd mag ik als bekend veronderstellen. De Joodse bevolking werd via de Hollandse Schouwburg die als verzamelplaats was ingericht, naar Westerbork gebracht. Een tijdelijke verblijfplaats want hun uiteindelijke bestemming was een van de in Polen gelegen vernietigingskampen. (meer…)