20 nov 2009

Hanoi, hoe zal ik dat nou beschrijven voor iemand die er nog nooit is geweest. Dat het er stoffig is, oud, dat sommige huizen er vervallen uitzien althans op z’n minst slecht onderhouden? Helemaal waar. Dat het er druk is en lawaaiig en dat het verkeer in de historische binnenstad nog net niet vastloopt maar dat het tijdstip dat het zal gebeuren steeds dichterbij komt? Geen woord aan overdreven, ook niet aan de constatering dat ze met de luchtvervuiling als gevolg van de honderdduizenden brommers en scooters Beijing naar de kroon steken.
Hanoi met z’n smalle huizen die zo ver naar achter doorlopen dat de einden van de smalle steegjes ertussen oplossen in het duister. Waar je maar niet moet denken aan de gevolgen als er brand uitbreekt.

Het is allemaal waar maar oh, wat bruist diezelfde stad, met duizenden winkeltjes en zo mogelijk nog meer straatverkopers, met talloze simpele eethuizen en eetstalletjes op straat waar de hele dag gegeten wordt. Een kom rijst met wat flinters vlees, of een kom Phu (soep).
Dat Hanoi leeft en voor een stadsliefhebber, want dat ben ik, is het een genoegen om daar rond te lopen. Slenterend langs de schilderachtige huizen, door de straten en over de pleinen, onderbroken voor een bezoekje aan een van de vele galeries, om te kijken of ze iets leuks hebben om te kopen. Om te proberen alles vast te leggen in beelden, om een bezoek te brengen aam het Mausoleum van papa Ho, de opera, een van de musea, het botanische park, het Hoa Kiemmeer, de tempel van de literatuur en al die andere plaatsen waar je beslist geweest moet zijn.
Voor uw eigen veiligheid kunt u beter op de trottoirs lopen adviseren sommige reisgidsen maar dat is een onmogelijkheid. Die staan bijna overal vol met geparkeerde brommers en scooters en waar nog wat ruimte over is hebben de straatverkopers zich geïnstalleerd.
In dat Hanoi wandelen we de eerste dag een beetje verdwaasd rond nadat we een paar uur hebben bijgeslapen in het Galaxy hotel dat op een mooie plaats in de oude stad ligt.

We moeten weer even wennen aan het oversteken van de drukke straten maar hebben de kunst weer snel te pakken. Gewoon rustig doorlopen, desnoods dwars over het kruispunt en het verkeer voor en achter je langs laten gaan.
We bezoeken voor de tweede keer die dag het Hoan Kiemmeer waar de stratenmaaksters die we ’s ochtends ook al hadden gezien, stug doorgaan met hun werk. In het restaurant op de vijfde etage van dat gebouw op de hoek nemen we een biertje en eten er wat springrolls bij.
Hanoi eind december. De kleurige kerstreclames die we ons van vorige keer herinneren zijn een stuk minder uitbundig. Een gevolg van de haperende economie die ook dit land treft? Of omdat het bewind er een rem op heeft gezet. Wie zal het zeggen? De gigantische kerststal die verleden keer aan de voorkant van de kathedraal was gebouwd ontbreekt maar ontdekken we later aan de achterzijde van de kerk. Dat wil zeggen, een man of tien zijn daar ijverig aan het werk om iets te bouwen en de enorme voorstelling van het laatste avondmaal aan een blinde muur liegt er ook niet om.

In een eethuis proberen we ’s avonds onder het genot van een koel glas witte Dalatwijn de slaap meester te blijven. We zitten op de eerste etage met uitzicht op de bedrijvigheid buiten maar we maken het niet laat. Het tijdsverschil van zes uur blijkt onverbiddelijk en om negen uur – drie uur ’s nachts Europese tijd – liggen we in bed.
Een poging om nog wat op te schrijven laat ik dan maar achterwege want de slaap slaat onverbiddelijk toe.
Good night, Hanoi. Het was een genoegen om weer kennis met je te maken.
erJeetje

p1020887

p1020889

p1020891

p1020896

p1020901

p1020907

p1020908

p1020909

p1020920

p1020921

p1020922

p1020938

p1020935


[begin]