15. De keizerlijke stad en de citadel
Woensdag, 20 december. We zijn in Hue, gedurende een paar eeuwen de symbolische hoofdstad van Vietnam. Absolute must is een bezoek aan de citadel, die tijdens het Tetoffensief voor een groot deel werd vernield.
Kwart over acht ’s ochtends. Ik ben klaar wakker. Het regent zachtjes en buiten glimt Hue me met natte daken en straten tegemoet.
Hue, de naam roept herinneringen bij me op aan de oorlog in Vietnam omdat hij vaak werd genoemd in nieuwsjournaals. Hoe lang is dat eigenlijk geleden? Twintig jaar, vijfentwintig? Ik weet het niet precies meer, het was de tijd van bombardementen die dan weer werden gestopt en daarna toch weer doorgingen, van demonstraties met leuzen tegen Johnson Molenaar en wat al niet. Ik moet het thuis opzoeken.Thuis, 15 februari. De oorlog in Vietnam heeft diepe wonden geslagen. In dat land zelf doordat miljoenen inwoners werden gedood en de materiele schade geeneens in getallen valt uit te drukken maar in mindere mate ook in de Amerikaanse samenleving.
Ik denk niet dat het laatste boek al is verschenen over deze periode en dat geldt ook voor films over het drama. Over de tweede wereldoorlog en Iwo Jima verschijnen nu nog films. Was het onvermijdelijk dat deze oorlog plaatsvond? En zo ja in hoeverre mag je het resultaat afwegen tegen de prijs die werd betaald?
Een deel van het antwoord is te vinden in het volgende stukje songtekst uit 1982. Billy Joel zingt het in Good night, Saigon.
Remember Charlie, remember Baker,
They left their childhood, on every acre,
and who was wrong, and who was right,
it didn’t matter in the thick of the fight.
De song eindigt als volgt:
And we would all go down together
We said we’d all go down together
Yes we would all go down together………..
Apocalypse Now van Coppola laat zien tot welke waanzin oorlog kan leiden (voor zover oorlog op zich al geen uiting van waanzin is) en in the Deerhunter uit 1978 met Robert de Niro wordt de USA op pijnlijke wijze geconfronteerd met de terugkomst van een miljoen soldaten, die allemaal op een of andere wijze werden beschadigd.
De USA in zijn rol van ordebewaarder op deze wereld. Maar waar ze in 1945 als bevrijders werden begroet in Europa en Azië was dat in Vietnam anders. En hetzelfde geldt voor Irak om maar eens wat te noemen.
Waar komt dat verschil vandaan, wat is de oorzaak? Mijn inziens zit het hem daarin dat zij ons in 1945 bevrijdden van een vreemde agressor. Met als logisch gevolg dat ze als helden werden binnengehaald.
In Vietnam lag dit anders. Hoewel het primaire doel de terugdringing van het communisme in Azië was mengde de USA zich daar in een intern conflict tussen Noord- en Zuid Vietnam. Het Noorden met een communistisch systeem, gesteund door de SU en China en het Zuiden van Diem, dat gesteund werd door het Westen met de VS als initiatiefnemer.
Speelde zelfoverschatting een rol bij de USA? De overtuiging dat ze de zaak daar wel even konden regelen? Het leidde er uiteindelijk toe dat ondanks meer dan een half miljoen Amerikaanse soldaten op Vietnamese bodem een pijnlijke nederlaag werd geleden.
Een stukje geschiedenis.
1949 Terugkeer van keizer Bao Dai naar Vietnam
1950 Ho Chi Minh proclameert Democratische Republiek Vietnam
1954 Val van Dien Bien Phu. Bao Dai wijst Ngo Dinh Diem aan als eerste minister.
Akkoord van Geneve. Opdeling Vietnam in Noordelijk en Zuidelijk deel langs 17e breedtegraad.
1955 Steun van USA aan Saigon, idem van SU en China aan Hanoi
1960 Algemene dienstplicht in Noord Vietnam. Oprichting Vietcong (communistisch bevrijdingsfront) in Zuid Vietnam.
1963 Machtsgreep Duong Van Minh in Zuid Vietnam. Diem vermoord.
1964 Incident bij Tongkin. Amerikaanse luchtmacht bombardeert Noord Vietnam.
1965 Amerikaanse gevechtseenheden naar Vietnam. Einde van het jaar staan daar 200.000 man op vreemde bodem. Bombardementen op Noord Vietnam. In China begint de culturele revolutie van Mao Zedong.
1966 400.000 Amerikanen in Vietnam
1967 Thieu president van Zuid Vietnam. Aantal Amerikanen 500.000.
1968 Januari TET-offensief. Aanval van Noord Vietnam en Vietcong op Zuid Vietnamese steden en dorpen. In augustus staakt Johnson alle bombardementen op Noord Vietnam. 540.000 Amerikaanse soldaten in Zuid Vietnam.
1969 Nixon kondigt terugtrekking aan van Amerikaanse troepen. In september overlijdt Ho Chi Minh.
1970 Amerikaanse troepen teruggebracht tot 280.000
1971 Nog maar 140.000 man in Vietnam
1972 Onderhandelingen en opnieuw bombardementen
1973 Nixon kondigt einde oorlog aan. Op 29 maart verlaten de laatste Amerikaanse soldaten Zuid Vietnam.
1974 Thieu kondigt hervatting aan van de strijd tegen Noord Vietnam.
1975 Op 30 april valt Saigon.
Hue, niet zo maar een stad. Van 1802 tot 1945 was het de keizerlijke hoofdstad. Hiervan was Gia Long uit de Nguyen dynastie de eerste keizer en Bao Dai de laatste.
In deze stad vind je de citadel met de ommuurde keizerlijke stad die een verkleinde kopie is van de verborgen stad in Beijing. Met de bouw werd begonnen in 1804 op een terrein met een omtrek van tien kilometer. Binnen de buitenste wallen liggen de keizerlijke stad, de koninklijke stad en de verboden purperen stad.
Hue was een van de steden die tijdens het Tetoffensief eind januari 1968 januari werd ingenomen door de Vietcong en Noord Vietnamese troepen. Min of meer bij verrassing omdat op 30 januari een algemene wapenstilstand was afgekondigd in verband met het Vietnamese nieuwjaar. Bij de herovering van de stad werd ze vervolgens door Amerikaanse en Zuid Vietnamese troepen volledig in flarden geschoten en gebombardeerd. Hierbij lieten tienduizend inwoners het leven. De gevechten in de stad duurden ruim vier weken. Hierbij werd ook een groot deel van de citadel, waar de Vietcong zich had verschanst, verwoest.
De keizerlijke stad en de citadel. Ondanks het voorgaande een onverbiddelijke must als je Hue bezoekt.
Meteen bij de ingang staat het paleis van de troon, het enige grote paleis dat aan de bombardementen is ontsnapt. Een indrukwekkend gebouw met een prachtig bewerkt dakgewelf, binnen een immens grote zaal met de troon en tachtig massieve rode zuilen. Aan de achterzijde staat een grote maquette opgesteld zodat de bezoekers zich een indruk kunnen vormen hoe het ooit geweest is.
Als je door het paleis loopt arriveer je op een groot plein en daarachter bevond zich de verboden purperen stad. Bevond, verleden tijd dus. Huidige bezoekers worden geconfronteerd met een kale vlakte waarop met uitzondering van restanten van een poort, muren, een stenen trap niets meer staat wat ook maar in de verste verte lijkt op wat ooit de trots van de stad was.
Hoewel ik wist wat me te wachten stond kijk ik toch met enige verbijstering naar dit beeld van verwoesting. Twee grote bronzen urnen, die zijn gemaakt van omgesmolten wapentuig, staan er als herinnering. Of misschien wel als waarschuwing.
Bij mij benadrukt het sombere weer nog eens extra de sfeer die op deze plaats hangt. Dit is nog steeds een plaats die getekend is door de gevechten op leven en dood die er zijn gevoerd. Ik probeer me voor te stellen hoe dat geweest moet zijn. Het gebulder van kanonnen, vliegtuigen die hun bommenlast lieten vallen, ratelende mitrailleurs, helikopters met dat typische ploppende geluid.
Met als contrast nu alleen maar stilte met een handjevol zacht pratende toeristen.
Twee mannen, blijven met hun gids even stilstaan bij een muur. Zouden het Amerikanen zijn? Aan hun uiterlijk te zien zou het best kunnen. Wie weet zijn ze terug op de plaats waar ze, bijna veertig jaar geleden, hebben gevochten, kameraden hebben verloren.
Ik wandel over het grasveld en probeer met een serie foto’s de sfeer van het ogenblik weer te geven. Tussen het gras schemeren hier en daar gekleurde tegels, herinneringen aan een andere tijd. Het enige wat rest van die ultieme vorm van menselijke creativiteit na die geweldige botsing van menselijk geweld.
Ik loop verder en zing zachtjes voor me heen.
Remember Charlie, remember Baker.
And who was right, and who was wrong.
It didn’t matter in the thick of the fight.