07 feb 2010

2. Good morning, Vietnam

0 Reacties

 Zondag 10 december vliegen we naar Vietnam. Eerst met Lufthansa naar Frankfurt en daarna met Vietnam Airlines naar Hanoi waar we half acht plaatselijke tijd arriveren.
Vertrekken op zondagochtend. Dat is eigenlijk best lekker, het is niet zo druk op de weg en al helemaal niet als je om kwart voor zeven denkt te vertrekken naar Schiphol. Maar de eerste verrassing van deze reis staat buiten te wachten, een auto met bevroren ramen. Met zo’n dikke taaie laag die na krabben gelijk weer terugkomt. Verdorie, jongens, moet dat? Ik heb nog geen graadje vorst gezien deze winter maar wij willen nog niet vertrekken naar streken waar het echt warm kan zijn of moeder natuur laat gelijk haar tanden zien.
De tweede verrassing wordt ons bereid bij het inchecken voor de vlucht naar Frankfurt. Als we willen kunnen we wel een vlucht nemen, die een uur eerder vertrekt. Doen besluiten we, straks valt de volgende vlucht uit wegens bevroren ramen of iets dergelijks. Onze bagage wordt gelijk doorgelabeld naar Hanoi en we kunnen ook al inchecken voor de vlucht met Vietnam Airlines. Leuker kunnen we het voor u niet maken.
Als we na het instappen vertrekken, vroeger dus dan ik verwacht had, valt gelijk de reisspanning bij me weg. Laat nu alles maar komen wat er komen moet.
Het lijkt natuurlijk wel leuk, zo’n vlucht eerder maar het betekent dat we in Frankfurt een uur langer moeten wachten op onze aansluiting. Wat doe je dan, je wandelt een beetje rond en vergelijkt de prijzen in de taxfreeshops met die van de kortelings aangeschafte camera’s. Niet echt goedkoop hier is onze conclusie. We eten en drinken wat in een restaurant en vervolgens maken we nog een rondje. Het is geen Schiphol, Frankfurt. Wel groot maar een beetje shabby.
Vietnam is dus onze reisbestemming. Het is al weer 31 jaar geleden dat de laatste Amerikanen Saigon verlieten. In Zuid Vietnam was lang niet iedereen daar blij mee en er kwam een enorme stroom vluchtelingen op gang. Hun angst voor het nieuwe regime was niet onterecht want na de komst van de volgelingen van oom Ho werden tienduizenden uit hun woningen gezet, ontslagen op hun werk en in zogenaamde opvoedingskampen geplaatst. Het moet een waar schrikbewind zijn geweest en velen hebben dat niet overleefd.
Vluchten was dus de enige oplossing en voor velen was dat de tweede keer. Na de invoering van het Communistische systeem in Noord Vietnam waren er na 1954 al bijna een miljoen mensen vanuit het Noorden naar het Zuiden getrokken.
Hoe vlucht je uit Vietnam als je niet kunt vliegen en je in de aangrenzende landen ook niet welkom bent? Dan is de enig overblijvende oplossing dat je in een boot stapt en naar het onbekende vaart. Op deze wijze werd de wereld geconfronteerd met de bootvluchtelingen. Het zijn er velen geweest, ruim een half miljoen maar ik heb in publicaties ook wel eens grotere getallen gezien tot een miljoen.
Voor het merendeel trokken deze mensen naar Amerika maar ook Australië en Europa namen er tienduizenden op. En in Nederland kwamen er een kleine vijfduizend bijna geruisloos binnen. Om te werken maar wat doet een Vietnamees in Nederland? Een flink aantal ging aan de slag met iets wat ze wellicht ook in eigen land al hadden gedaan, ze begonnen een eetkraampje en op deze manier maakten wij kennis met de Vietnamese loempia.
Een deel van die vluchtelingen is na 1989 op grond van een VN-accoord weer teruggekeerd naar hun land. Voorgoed of voor een korte vakantie zoals bij onze vlucht naar Hanoi. De Boeing waarmee wij vliegen is voor 80 % bezet met mensen van duidelijk Vietnamese afkomst. Ouderen maar ook jonge stellen en heel veel baby’s en kinderen. Even naar het moederland om daar de kerstdagen en de jaarwisseling te vieren misschien. Het geeft wel een bijzonder effect aan de vlucht, met kleintjes die door de gangpaden kruipen en grotere kinderen die zich vermaken met computerspelletjes op de kleine beeldschermpjes die op iedere stoel zijn aangebracht.
Naast me zit een vader met zijn dochtertje van vijf. Hij een toonbeeld van rust en geduld, zij speelt met een meegebracht puzzeltje. Zo nu en dan praten ze even met elkaar of doet ze een tijdje haar ogen dicht. Het is een prachtig plaatje om die twee bezig te zien. Zou de moeder al vooruit gereisd zijn? Of gaat de dochter een tijdje naar haar grootouders in Hanoi? Zo heeft iedereen hier zijn eigen geschiedenis. Verhalen soms waar ik me nauwelijks een voorstelling van kan maken.
Ik heb na het vertrek uit Frankfurt m’n horloge alvast zes uur vooruit gezet. Dan lijkt het of het niet zo ver meer is maar tien uur vliegen blijft tien uur vliegen. Ik troost mezelf met de gedachte dat het naar Australië wel twee keer zo lang duurt.
Lekker zitten doe ik niet echt. De stoelen in deze Boeing zijn hard met een beenruimte die voor iemand van 1,80 m niet overhoudt. Iets anders is dat we op een rij na helemaal achterin zitten. Ik heb dat al een keer eerder meegemaakt en ook toen zat je achterin veel minder rustig dan voorin. De staart van zo’n groot vliegtuig slingert voortdurend een beetje en dat kan je goed merken.
Onvermijdelijk komt na een uur of vijf het moment dat de stemmetjes, die me altijd vergezellen, me influisteren waarom ik dit eigenlijk doe. Waarom ik niet lekker thuis blijf en Vietnam en al die andere verre landen op Discovery bekijk. Ik laat ze even hun gang gaan en leg ze daarna het zwijgen op. Niet zeuren jongens, een uurtje TV kijken haalt het toch niet bij een verblijf in een land. Wandelen door de straten, de geur van een land, het geluid, de sfeer opsnuiven, geweldig toch. En ik maak een wandelingetje door het vliegtuig om de bloedsomloop in m’n benen weer een beetje op gang te brengen.
De meeste mensen proberen inmiddels te slapen, in een hoek bij een nooddeur zitten vijf kinderen echter op de grond te spelen alsof dat de gewoonste zaak van de wereld is. Monopoly of Risc in een vliegtuig. Moet je gedaan hebben.
De oude dame voor me is ook in slaap gevallen. De afgelopen uren is ze een aantal keren in de weer geweest om te kijken of het wel goed ging met andere familieleden die verspreid in het vliegtuig zitten. De uitdrukking in haar ogen had me daarbij geïntrigeerd. Die hadden iets berustends maar ook iets wetends. Alsof ze alle gebeurtenissen van de afgelopen vijftig jaar in Vietnam persoonlijk had meegemaakt. Zoiets tekent een mens, dat etst als het ware een niet meer te verwijderen patina op je gelaat.
De uren verstrijken, het licht is uit in het vliegtuig en ik probeer mezelf met muziek van de Ipod in slaap te brengen. Zo nu en dan dommel ik een beetje in en de herinneringen aan vorige reizen freewheelen door m’n hoofd. Tot het eindelijk weer licht wordt buiten en het vliegtuig ontwaakt. Er begint een rij bij de toiletten te groeien. Ik was gelukkig voor de grote stroom liefhebbers geweest en sta me na het bezoek nog een tijdje te rekken bij m’n zitplaats. Om me heen zijn de meeste Vietnamese passagiers nu ook wakker en ze slaan me glimlachend gade met een blik van begrijpen. Ja ja, oude man lijken ze daarmee te zeggen. Ja ja, een eind vliegen, hè. Valt niet mee als je dat niet gewend bent zoals wij. Oh, wij zijn al zo lang onderweg.
Tien voor half acht landen we met een flinke bons op de landingsbaan. We zijn er. Buiten is het zwaarbewolkt, sombertjes. Hollands weertje.
Good morning, Vietnam, prevel ik zachtjes in mezelf. Good morning, onze reis gaat nu echt beginnen.

 


[begin]