06 mrt 2014

154. Brothers in arms

0 Reacties

Waarom ga je vanmiddag niet even bij de Ingooi langs had mevrouw Gajus ’s ochtends gezegd. Dan kom je d’r nog even uit.
En hoewel de sneeuw en buiten een gevoelstemperatuur van min acht hem niet echt uitnodigden om er op uit te gaan was hij om twee uur toch maar naar de halte van de sneltram gewandeld waar hij vervolgens met een groeiend aantal wachtende passagiers een minuut of twintig mocht discussiëren over de kwaliteit van het hedendaags openbaar vervoer in Nederland en dat van Amsterdam in het bijzonder.
De sneltram die uiteindelijk toch kwam opdagen was vol maar omdat hij na een halte of zes moest overstappen vond hij het niet erg om te staan.
Al met al was het na drieën voor hij de Ingooi bereikte. Even dacht hij dat de zaak gesloten was maar de deur gaf mee en het zag er zo donker uit omdat Frits de verlichting op een laag pitje bleek te hebben gezet.

‘Maandagmiddag Gajus,” gaf de uitbater desgevraagd als verklaring. “Dan komt er deze tijd van het jaar geen hond. Nou ja, geen hond, meneer Piet is er en Nico en haagse Karel maar van het toerisme hoef ik het deze maanden niet te hebben en op bezoekers uit de buurt hoef ik ook niet te rekenen. De ouwe garde is vertrokken naar Almere en de yuppen die ervoor in de plaats zijn gekomen werken overdag en ’s avonds hebben ze geen cent te makken. Wil je koffie, met een scheutje vieux? Je ziet er verkleumd uit, man. Ga maar bij de anderen zitten, ik breng het je wel even.”
Of ie nog wat bijzonders had meegemaakt wilden meneer Piet en Nico na de begroeting weten terwijl haagse Karel die net in een telefoongesprek was gewikkeld hem met een handzwaai begroette.
Ach, de gewone dingen gaf Gajus ze als antwoord terwijl hij z’n handen warmde aan de koffie die Frits bracht. “De hypes van de dag, de hysterie rondom het komend aftreden van Bea, de aanslag op m’n pensioen, van die dingen.”
Zwijgend keken de mannen elkaar aan terwijl op de achtergrond zachtjes Brothers in Arms van Dire Straits voorbij trokken.
Met de vraag waar Bram was verbrak Gajus de stilte. Dat is een lang verhaal gaf meneer Piet hem ten antwoord. Zoals je weet is Bram een paar jaar geleden met die bloemenstal gestopt en hij dacht er met z’n AOW en twee pensioentjes van bedrijven waar hij ooit gewerkt heeft wel te kunnen komen. Waar het mis is gegaan weet ik niet maar die twee pensioenen hebben hun uitkering gehalveerd en Bram werkt sinds een paar weken vier halve dagen in de week bij een bloemist.”
“Maar maak je niet ongerust,” mengde haagse Karel die z’n telefoongesprek had beëindigd zich in het gesprek. “Voor de rest zijn al die ouderen steenrijk en daar heeft Bram nog geluk mee. Anders was z’n AOW ook nog door meneer Dijsselbloem gehalveerd. Maar wat anders, ga je nog wel eens naar voetbal, Gajus?”
Een vraag waarover de aangesprokene even moest nadenken voor hij antwoord gaf.
“Jeetje, Karel, daar vraag je me wat. M’n laatste bezoek aan een voetbalveld was verleden jaar bij een wedstrijd van m’n kleindochter.
En ik heb een jaartje een abonnement op eredivisie-live gehad. Om naar Ajax te kijken maar daar ben ik in december mee gestopt. Ik vind er nog maar weinig aan tegenwoordig. De systemen regeren en leuk voetbal wordt daaraan ondergeschikt gemaakt.”
“Ik las vanochtend in de krant dat de Volewijckers gingen fuseren met DWV,’ bracht Nico na een moment stilte het gesprek weer op gang. “Dat waren toch topverenigingen toen wij jong waren Gajus.”
“Zeker weten,” kreeg hij als antwoord. “De eerste tien jaar na de oorlog had je in de amateur eerste klasse Blauw Wit, DWS, Volewijckers en Ajax als Amsterdamse verenigingen met daaronder DWV, AFC”“Vergeet TOG niet,” viel Karel hem bij.
“Zeeburgia,” bracht meneer Piet vervolgens in. “Weet je dat die ook nog een paar jaar in de eerste klassen hebben gespeeld?”
“En dan vergeten jullie er nog wel vijf,” zei Frits die het bij zoveel historie tijd vond voor een rondje van de zaak.  “Bijna al die clubs hadden hun aanhang in een van de stadswijken. Blauw Wit in West, Volewijckers en DWV in Noord, DWS in de Spaarndammerbuurt, AFC in nieuw Zuid, DCG voor de Roomsen in West.”
“Klopt helemaal, Frits,” viel Gajus hem bij. “En het leek wel of dat altijd zo zou blijven maar het betaalde voetbal sloeg de eerste gaten en daarna veranderde de stad. Er vond een soort massale verhuizing plaats. De oorspronkelijke bewoners verhuisden, naar Purmerend eerst, daarna naar Almere. Hun band met de buurtverenigingen ging verloren en de nieuwkomers die hun plaats hadden ingenomen hadden niks met DWS, Blauw Wit en al die anderen.”
“Behalve met Ajax dan toch,” viel Karel weer in. “Dat is eigenlijk de enige die is overgebleven.”
“Maar niet omdat ze in Amsterdam zo gek op ze waren, Karel,” merkte Gajus op. “In hun goeie tijd trok DWS/A meer toeschouwers dan Ajax. Een gewone wedstrijd op zondag van Ajax trok niet meer dan 15000 man. Dat zijn er dan tegenwoordig drie keer zoveel maar ik denk dat 2/3 van hun publiek van buiten Amsterdam komt.
“Wil je daarmee zeggen dat Ajax geen Amsterdamse club meer is?” mengde meneer Piet zich weer in het gesprek.
“De vraag zo stellen houdt in wezen al een bevestiging in,” gaf Gajus hem als antwoord. “Wat tegenwoordig onder de naam Ajax in de Arena speelt is een soort handelshuis met de Telecruif als clubkrant en Wakker Nederland  als supporterslegioen. Als je me vraagt of ik daarbij wil horen is het antwoord simpel. Nee dus, daar heb ik geen behoefte aan.”
Terwijl op de achtergrond de muzikanten van Marc Knopfler bezig waren met een nummer dat door zijn naam Where do you think you’re going meer dan toepasselijk genoemd mocht worden dacht het gezelschap na over de uitspraken die ze net gehoord hadden.
Haagse Karel die al een paar keer met korte roffeltjes op tafel z’n ongeduld had aangegeven over de wending die het gesprek had genomen gaf als eerste een reactie. “In feite betekenen jouw woorden het einde van ons kluppie van oersupporters, Gajus.”
“Dat betekent dat je mij inderdaad als lid mag schrappen,” was het prompte antwoord van de oprichter van genoemde supportersgroep maar wat jullie doen moet ieder maar voor zichzelf bepalen. Kortom, we hebben het er nog wel over als Hansie en de anderen er zijn maar genoeg over voetbal vandaag. Ander onderwerp, ik hoorde nog net voor ik hier naartoe kwam dat de Paus het voor gezien houdt. En wat denken we van de nieuwe koning? Zit er vanmiddag nog een lekker gehaktballetje in, Frits? Zet gelijk een ander moppie muziek op, man. Die jongens van Dire Straits zijn wel wat gedateerd.”
De gehaktballen van tante Jans lieten daarna niet lang op zich wachten. En het muzikale antwoord van Frits gaf aardig de meningen weer tijdens de discussie over de onderwerpen die Gajus had aangesneden met Beautiful Day van U2 en With or without You als uitersten.  Maar tegen vijven vond iedereen het genoeg voor de eerste dag van de week.
Of ie dat van dat schrappen als lid van de oersupporters echt meende vroeg haagse Karel bij het afscheid aan Gajus. Wat maakt het allemaal uit, Karel gaf deze hem als antwoord. Laten we eerlijk zijn, we waren als supportersvereniging toch een paar jaar na het vertrek van de roodwitten uit de Meer al een stille dood gestorven? Maar we blijven natuurlijk brothers in arms. Want je weet. Als je daar eenmaal lid van bent blijf je dat voor het leven.
En fluitend ging hij op weg naar de tramhalte.
‘There’s so many different worlds
So many different suns
And we have just one World
But we live in different ones’

13-2-2013
Gajus


[begin]