19 okt 2004

77. Referendum

0 Reacties

“Man, ik ken de grondwet van me eigen land geeneens, wat moet ik dan met een grondwet voor Europa,” zei ome Bram terwijl hij met een wegwerpgebaar op het boekje wees dat Gajus even daarvoor aan iedereen had laten zien.
“Allemaal flauwekul. Al twintig jaar zitten die gasten in Brussel m’n handel met al hun regeltjes te versjteren zonder dat ze ooit ook maar een minuut de moeite hebben genomen om te informeren of ik daar wel op zat te wachten en nu zal ik plotseling moeten vertellen hoe blij ik daar wel mee ben. En wat dan nog als ik nee zeg?”

“Ho ho,” zei Gijssie die net even had zitten bladeren in het document dat door Gajus op tafel was gelegd. “Ho ho, die mening van jou, Bram, doet er wel degelijk toe. Hier kijk, op bladzijde 18. Als een lidstaat van de Europese Unie nee zegt tegen het verdrag tot vaststelling van een grondwet voor Europa, treedt het verdrag niet in werking. Nou, als straks op 1 juni de meerderheid nee zegt gaat het dus mooi niet door. Dan is het Europa finito.”
Het was woensdagnamiddag in de Ingooi en de leden van de vaste supportersgroep hadden net hun discussie over de nederlaag van PSV tegen Milaan afgerond. En hoewel Fransie en Gijssie nog wel een lichtpuntje voor de thuiswedstrijd zagen waren de anderen het er over eens dat de kans op de finale over was. Ook dit keer hadden de Italoos weer met dat gluiperige voetbal van ze aan het langste eind getrokken. Een voorzichtige poging van Fransie om het Ajax van Blind volgend jaar meer kans te geven werd door alle aanwezigen weggelachen.
“Drink jij eerst nog maar een paar biertjes, Fransie,” had Nico hem toegevoegd. “Misschien dat er dan weer wat beweging komt in die grijze cellen van je.” En met het bekende cirkelgebaar gaf hij aan dat Mehmet, de hulp van Frits, de glazen nog maar een keer moest vullen.
De vraag van Gajus of iedereen al had nagedacht over het komende referendum had daarna het voetbal definitief voor onbepaalde tijd in de wachtkamer gezet.
Maar we waren gebleven bij de conclusie van Gijssie, dat het bij een negatief advies op 1 juni Europa finito zou zijn. Die mening werd niet door iedereen gedeeld. Nico wees er op dat het in wezen om niet meer dan een raadpleging zonder bindend karakter ging. “In wezen zijn de kaarten al geschud,” legde hij geduldig uit. “Als er straks een negatieve uitslag uitkomt, neemt het kabinet dat voor kennisgeving aan en gaat gewoon door met wat het van plan is.”
“Dan slaan ze het advies van de bevolking dus gewoon in de wind,“ zei Gijssie die wel meer moeite had om de diepste roerselen van onze volksvertegenwoordiging te doorgronden.
Wat hij nog meer had willen zeggen ging daarna door de opmerking van ome Bram verloren. “Hoe vaak sla jij mijn adviezen niet in de wind,” had deze hem voorgehouden en daar zag hij ook de humor wel van in.
Alleen Fransie had daarna nog moeite met deze houding. “Als ze dan toch niks met die uitslag doen dan kan ik dus net zo goed thuisblijven,” zei hij een beetje verontwaardigd. “Trouwens, heel wat anders, wat bedoelen ze hier eigenlijk met grondwet voor Europa. Wie of wat is Europa? Straks komen die landgenoten van Mehmet d’r bij. Sinds wanneer is Turkije Europa? En wat gebeurt er met Zwitserland en Noorwegen? Volgens mij hebben die zich helemaal niet aangesloten bij die club in Brussel.”
Het was even stil na die opmerking tot Gajus, die een beetje genoeg begon te krijgen van het niveau van de discussie, het woord nam.
“Luistert want ik vertel het maar een keer. Jullie hebben allemaal thuis zo’n boekje ontvangen. Als je nou meteen de moeite had genomen om dat te lezen dan had je hier niet van die zogenaamde pientere vragen behoeven te stellen. Hier, die laatste opmerking van jou, het antwoord staat kant-en-klaar op bladzijde 12. Het verdrag tot vaststelling van een grondwet voor Europa geldt nadat alle landen ermee hebben ingestemd voor elk land dat tot de Europese Unie behoort. Ik begrijp jullie niet. Iedereen heeft tegenwoordig Internet. Als je wilt weten wat er in die nieuwe grondwet staat of in onze eigen grondwet kan je dat daar letter voor letter nalezen.” En knorrig nam hij daarna een hap van het broodje bal dat Frits voor hem had neergezet.
Je zou mogen verwachten dat iedereen na die uitbarsting wat bedremmeld voor zich uit zou zitten staren maar dat was hier geenszins het geval. Integendeel zelfs en ome Bram gaf met een gebaar aan de anderen aan dat hij dit varkentje wel eens even zou wassen.
“Lieve jongen, ik handel m’n zakies nu al meer dan vijftig jaar zonder die wetten van jou af, alleen maar met m’n gezond verstand, en heb het daar altijd uitstekend mee weten te redden. Ik heb helemaal geen trek in dat referendum van jou. Vroeger kozen we voor dat soort zaken mensen die precies wisten hoe ze daar mee om moesten gaan. Weet je nog Karel, met ouwe Willem? Een keer in de vier jaar reed die met z’n verkiezingskaravaan door het hele land om te vertellen wat ie van plan was. Overal stonden verkiezingsborden en als je een beetje politiekbewust was, en wie was dat niet, had je een groot biljet van de favoriete partij achter je raam geplakt. Ik zie het nog voor me, lijst 1 met ‘Drees vraagt uw vertrouwen’ en die gaf ik ‘m dan met liefde. Ja laat maar, Karel. Jouw vader zag het meer in de Fortuin van die jaren zitten. Koekoek, boer Koekoek. Stond die ouwe van jou op de lijst van de boerenpartij, vroegen je vrienden of ie stadsboer was geworden.
Wat ik maar zeggen wil Gajus, is dat ik die ouwe Drees vertrouwde. Dat vertrouwen heb ik niet in die gasten van tegenwoordig. Als ik die Bos of Balkenende of van Aartsen zie dan weet ik niet wat voor vlees ik in de kuip heb. Allemaal met lof afgestudeerd aan de babbelacademie, daar niet van, maar ik zou ze nog geen vijf minuten op m’n bloemenstal durven laten passen. Begrijp je wat ik bedoel? Weet je wat jij moet doen? Wat minder achter die computer van je zitten. Wat meer de straat op en kijken wat daar gebeurt. Ga weer schilderen, doe wat leuks, ga weer een tijdje naar Frankrijk, kan je die Chirac gelijk vragen hoe je moet stemmen. He, Mehmet, kom op, man, laat je handen eens wapperen, schenk de jongens nog eens bij en doe Gajus een konjakkie. Misschien wordt ie daar wat vrolijker van. En neem er zelf ook een.”
De stemming leek daarna weer hersteld in de Ingooi hoewel, insiders konden zien dat er toch nog wat zat te broeien bij Gajus. Waarschijnlijk had ome Bram met z’n opmerking over schilderen en een paar weken Frankrijk meer los gemaakt dan hij zelf dacht.

erJeetje


[begin]