115. Tikkie breed
“Het gaat tegenwoordig alleen nog maar om het resultaat,” zei ome Bram en met een zucht legde hij de ochtendkrant weg. Buiten striemde de regen tegen de ramen en the bright side of life leek mijlenver van de Ingooi verwijderd. Reden genoeg om naar huis te gaan maar net op het moment dat hij serieus overwoog om dat te doen en een plaatsje achter de begonia’s op te zoeken, kwamen Gajus, Fransie en Hansie binnen.
Ha die Frits, Bram, wat een k..weer vandaag, mannen. Dat noemen ze nazomer. Maar wat zit jij te sippen, Bram. Vertel eens oudste, wat is er aan de hand? Is de bloemenmarkt soms ingestort?
Jullie komen als geroepen,” zei de oude bloemenkoopman nadat het drietal zich bij hem aan tafel had geïnstalleerd en Frits een rondje koffie van de zaak had gebracht.
“Hebben jullie nog gekeken zaterdagavond?”
“Je bedoelt toch niet eh … ,” antwoordde Gajus een beetje plagerig maar kreeg geen gelegenheid om verder te gaan omdat Bram hem met vlammende ogen onderbrak.
“Jij weet best wat ik bedoel, druiloor. Ik bedoel die waardeloze vertoning in de Arena. Dat zouteloze heen en weer geschuif op het middenveld, die parodie op het spelletje dat wij vroeger speelden, die wanvertoning van wat eens het mooiste spel ter wereld was, dat geknoei van jongens die in een maand meer verdienen dan ik in m’n hele leven, dat bedoel ik.”
Er viel een korte stilte in de Ingooi na deze uitbarsting die nog veel langer had kunnen duren als Frits niet na een bijna onmerkbaar hoofdgebaar van Gajus wat te drinken voor de oude bloemenkoopman en het drietal neerzette. Geen glaasjes water, laat dat duidelijk zijn. De situatie vereiste duidelijk een sterker medicijn.
Pas nadat ze elkaar hadden toegedronken durfde Fransie naar voren te brengen dat hij de wedstrijd tegen de Bulgaren niet alleen gezien had maar er zelfs in de Arena bij was geweest.
“Het gekke was,” sloot hij z’n verhaal af, “Het gekke was dat ik me best heb geamuseerd. En iedereen eigenlijk. De stemming was goed, lekker met z’n allen de wave gedaan en na het eerste doelpunt kon de avond gewoon niet meer stuk. We praten toch wel over dezelfde wedstrijd, hè? Wat zeg jij er eigenlijk van, Hansie?”
Maar de aangesprokene gaf te kennen dat ze bij hem niet moesten zijn omdat hij niets van de wedstrijd had gezien. In brede familiekring had hij namelijk de tachtigste verjaardag van z’n broer gevierd. Bovendien was hij maar een gelegenheidsliefhebber van het spelletje maar het zou misschien verhelderend voor de discussie kunnen zijn als ome Bram z’n klacht wat nader kon definieren. Was het vertoonde wellicht tekort geschoten in spelkwaliteit, hield de oude bloemenkoopman niet van de wave of had het iets te maken met de amusementswaarde. Kortom, waarom precies had ome Bram zich niet vermaakt.
“Dat kan ik je wel uitleggen,” bromde de man die het probleem op tafel had gelegd. “Kijk, vroeger ging ik vol spanning achter die kast zitten in de verwachting van twee uur topvermaak. Tegenwoordig komt het meestal neer op twee uur verveling en van dat debiele wavegedoe heb ik nooit goed de lol ingezien. Hansie, het is allemaal heel simpel. Dat voetbal van vandaag is niet leuk meer.”
Zoals wel te verwachten was ontspon zich daarna een discussie over wat er dan wel onder leuk voetbal verstaan moest worden. ‘Leuk om naar te kijken’ wat niet hetzelfde hoeft te zijn als ‘leuk om te spelen’ want dat was zoals Hansie zei, niet aan de orde.
Nee, ‘leuk om naar te kijken’ was het onderwerp dat ome Bram had gedeponeerd bij het groepje mensen dat zich graag als deskundig op dat gebied profileerde.
Acties voor de doelen, reddingen van de keepers, mooie passeerbewegingen, vloeiende combinaties, schoten op doel, oprukkende backs (Weet je nog, Anoul, bracht ome Bram naar voren maar dat was wel uit een heel andere eeuw), de schaarbeweging van Pietje en nog veel meer elementen die bijdragen aan de vermaaksfactor, rolden over tafel.
“Weet je,” zei Gajus terwijl ze een korte pauze inlasten voor een mooi glas van het een of ander want praten over voetbal maakt dorstig. “Weet je, ik had al een beetje een voorgevoel dat dit stond te gebeuren. De echte liefhebber begint dat geschuif op het middenveld een beetje zat te worden en daarom heb ik zaterdagavond geturfd hoe vaak er op het doel werd geschoten. Achteraf jammer genoeg niet de hele wedstrijd. Na een half uur had ik er zo genoeg van dat ik de krant maar heb gepakt en verder met een half oog heb gekeken. Maar goed, Nederland schoot in dat half uur vijf keer op doel, de eerste schotpoging viel pas na tien minuten te noteren, een ervan, die vrije schop van Sneijder, trof doel. Een gelukkige treffer omdat de keeper niet helemaal bij de les leek te zijn. Die andere vier schoten bereikten de keeper geeneens.
In dat half uur is er geen enkele geslaagde aanvalscombinatie geweest.
Die Bulgaren schoten vijf keer richting van Sar en kopten een keer op het doel. Voor de rest gebeurde er eigenlijk niets. Geen geslaagde voorzetten van de vleugel, geen leuke acties, niets of je moet de keer dat Heitinga weer eens z’n noppen op de voet van een tegenstander zette als leuke actie betitelen. Eigenlijk doet die van Basten met z’n belofte voor dominerend en attractief voetbal me steeds meer aan Balkenende denken. Weet je nog verleden jaar, de woorden van onze MP. Na de jaren van het zuur was de tijd gekomen om te scoren. Na het zuur zou het zoet volgen. Nou, let straks maar goed op wat ie daarmee bedoelde. Over een paar weken met Prinsjesdag zal je zien wat dat zoet inhoudt.”
“In ieder geval geen leuker voetbal,” viel ome Bram hem bij. “Maar wel een hogere BTW, duurder brood en duurdere melk,” viel Hansie hem bij. “En een duurder borreltje,”voegde Frits er aan toe.
En alsof het afgesproken was riepen ze daarna in koor “niet leuk”. Niet dat het hielp maar het luchtte in ieder geval op en dat is tenslotte meegenomen in een tijd waarin volgens Bram het dagelijks leven en voetbal dus op elkaar begonnen te lijken. Veel elkaar de bal toeschuiven en geen meter vooruit komen.
“Zo is het Bram,” zei Gajus terwijl hij met het bekende cirkelgebaar van de wijsvinger aan Frits aangaf dat er nodig nog wat bijgeschonken moest worden. Maar de oplossing is veel simpeler dan je denkt.
“Is die er dan,” vroeg Fransie die er wat stilletjes bij had gezeten nadat hij om z’n verhaal over de wave was weggelachen door de anderen.
“Het is heel simpel Fransie. Gewoon een kwestie van andere doelen kiezen. Of om bij het voetbal te blijven, de doelen aan de zijkanten van het veld neer te zetten. Dan wordt het balletje breed plotseling een dieptepass, moet jij eens kijken wat er gebeurt.
Er werd daarna nog heel wat afgelachen en op voorstel van Hansie spraken ze af om dergelijke oplossingen in het vervolg te belonen met een prijs.
De naam van de prijs? Die lag voor de hand. De tikkie breed award en Gajus was de eerste die hem kreeg opgespeld. Vanwege de simpelheid en doeltreffendheid van zijn oplossing maar daar zullen ze in Zeist ongetwijfeld anders over denken.
Gajus