123. Een brug te ver
Of hij nog wel eens in de Ingooi kwam had ome Bram aan Gajus gevraagd en deze had na enig nadenken geantwoord dat z’n laatste bezoek ergens in maart was geweest. Ruim drie maanden geleden dus.
De twee waren elkaar tegengekomen op de Albert Cuypmarkt en op voorstel van Gajus waren ze neergestreken op een terrasje in de van der Helststraat om onder het genot van een goeie Espresso bij te praten.
Waarom de oude bloemenkoopman een bezoek aan de Cuyp bracht wilde Gajus weten nadat ze wat wetenswaardigheden over beider achterban hadden uitgewisseld. Moest ie niet werken in z’n bloemenstal?
Weet je dan niet dat ik m’n vaste stek kwijt ben had Bram gerepliceerd. Na meer dan 25 jaar mocht hij daar niet meer staan vanwege de bouw van de Noordzuidlijn. Tijdelijk hadden ze bij de deelraad gezegd maar volgens insiders kon hij dat wel vergeten. Die metro komt echt deze eeuw niet klaar hadden ze verklaard. En de reden was simpel; de centjes van de Gemeente waren op. Z’n bezoek aan de A.C. had daar alles mee te maken. Kijken of daar een geschikte plaats voor hem beschikbaar was. Niet op korte termijn had ie een uur geleden van de marktmeester te horen gekregen. De wachttijd voor een standplaats was het afgelopen jaar opgelopen tot 8 jaar.
Het voorstel van Gajus om helemaal met werken te stoppen was vervolgens door de oude marktkoopman weggewuifd. Stoppen met werken? Wil je me dood hebben? Nee, ik ben geen man om thuis te zitten. Wat zeg je, lekker elke dag naar de Ingooi? Ik vroeg jou toch of je daar nog wel eens kwam? De laatste keer was drie maanden geleden was je antwoord. Toevallig geldt hetzelfde voor mij en de andere ouwe jongens. Drink nou eerst je koffie effe uit dan bestel ik wat hartigers en krijg je te horen waarom we er niet meer komen.
Even was alleen het geroezemoes van de markt op de achtergrond te horen geweest en gesprekken van andere bezoekers en beide mannen hadden hun omgeving openomen met zo’n blik die verried dat ze wel zo’n beetje alles op deze wereld hadden gezien wat de moeite van het bekijken waard was.
Kan jij je nog herinneren dat we een tribune in de Ingooi hadden gebouwd om naar de WK te kijken, was ome Bram verder gegaan nadat de juffrouw van de bediening twee parelende glazen pils voor ze had neergezet. En dat we een voetbaltoernooi hadden georganiseerd op straat voor de Ingooi? Dat de Ingooi nog een echt supporterscafé was? Dat kan jij je nog wel herinneren, hè? Nou, dat is over, uit, afgelopen, finito. Ik hoorde gisteren van Barendje dat Frits verleden week zelfs de grootbeeld TV heeft weggehaald. Al dat EK-voetbal paste niet in het bedrijfsbeleid had ie gezegd.
Hij had er weinig tegen in kunnen brengen, Gajus, en peinzend had hij na een lange teug van z’n pils geprobeerd om een oplossing te construeren voor het door ome Bram geschetste probleem. Of ze er al met Frits over gesproken hadden?
Vergeet het maar Gajus, heb ik al gedaan. En de andere jongens ook. En als je even nadenkt, weet jij ook wel wat de oorzaak van alle trubbels is. Precies, het restaurant, dat loopt als een trein, hoor, niks mis mee maar daar komt nou eenmaal een ander publiek dan in een foebalcafé. Simpel gezegd komt het er op neer dat de Ingooi een juppentent is geworden, waar ze ons liever zien gaan dan komen. Ja, proost.
’t Was jammer dat het zo gelopen was, had Bram na een korte stilte het gesprek weer in gang gezet, maar sinds een paar weken dronk ie met Gijssie en Frans een biertje bij een klein kroegje bij ‘m in de buurt en dat beviel prima.
Heb je er wel eens over gedacht om die bloemenhandel te stoppen en jezelf in zo’n buurtkroegje in te kopen, had Gajus gesuggereerd nadat ze nog wat herinneringen aan de Ingooi hadden opgehaald. Hij had z’n opmerking niet op een beter moment kunnen plaatsen en hoewel Bram voor de vorm wat tegensputterde en iets mompelde over dat zoiets een brug te ver was bleek wel dat Gajus midden in de roos had geschoten.
Doe de groeten aan de andere jongens, Bram, had Gajus twee pilsen later gezegd. Enne, die naam die ik je net voor een nieuwe kroeg hoorde zeggen is een mooie. Kan ik me goed in vinden. Je laat me toch wel weten als het zo ver is, hè. Een brug te ver. Die houden we er in.
Gajus